HELLEVOETSLUIS – Afgelopen mei werd de exploitatievergunning van coffeeshop De Barbershop onvoorwaardelijk ingetrokken nadat begin dit jaar ruim dertig keer de toegestane handelshoeveelheid drugs werd aangetroffen. De burgemeester heeft op 24 oktober besloten de onvoorwaardelijke intrekking, onder een aantal strikte voorwaarden, om te zetten in een voorwaardelijke. Voorop staat dat de veiligheid en openbare orde gewaarborgd moeten zijn.
Dit betekent onder andere dat een nieuwe overtreding van de vergunningsvoorwaarden alsnog leidt tot een definitieve intrekking van de vergunning. Er zal streng toegezien worden op naleving van de vergunningsvoorwaarden.
Nadat de vergunning werd ingetrokken tekende De Barbershop bezwaar aan tegen dit besluit en vroeg een voorlopige voorziening aan bij de rechtbank. Deze werd toegekend, met als gevolg dat de Barbershop weer open mocht, in afwachting van een onherroepelijk besluit. De bezwaarschriftencommissie concludeerde deze zomer dat de gevonden hoeveelheid drugs de onvoorwaardelijke intrekking van de exploitatievergunning rechtvaardigde. Hierop heeft de burgemeester het oorspronkelijke besluit gehandhaafd. Tegen deze beslissing op bezwaar is door de Barbershop beroep ingediend bij de rechtbank.
Burgemeester Erik van Heijningen onderschrijft de eerder genomen besluiten en heeft geoordeeld dat de coffeeshop in januari een zeer ernstige overtreding heeft begaan die het besluit dat in mei genomen is, rechtvaardigde. Hij heeft desondanks besloten de intrekking van de exploitatievergunning om te zetten naar een voorwaardelijke. Reden voor het gewijzigde besluit is dat de gemeente een langlopende juridische procedure voorziet met hoge kosten, waar zowel de gemeente en haar inwoners als de Barbershop niet bij gebaat zijn. Daarnaast is gebleken dat geen nieuwe incidenten hebben plaatsgevonden sinds de coffeeshop weer geopend mag zijn. Ook voor de overtreding in januari zijn er geen noemenswaardige incidenten geweest.